Je merkt het niet altijd meteen.
Het gebeurt langzaam.
Iets verschuift.
Je doet je werk. Je houdt het vol. Maar ergens sluimert het gevoel dat het niet meer klopt. Alsof je werk niet meer bij je past zoals het ooit deed. En dat gevoel laat zich niet zomaar wegduwen.
Toch blijven veel mensen doorgaan. Want het is druk. Of ‘het is nu even niet handig om te veranderen’. Maar wat als dit precies het moment is om stil te staan?
Als loopbaancoach zie ik dit vaker: mensen die loyaal blijven aan werk dat hen al lang niet meer voedt. Niet omdat ze geen lef hebben. Maar omdat ze de signalen niet op tijd herkennen. Of niet serieus nemen.
Daarom deze zeven signalen. Ze zijn subtiel. Maar wie goed kijkt, ziet genoeg.
1. Je bent op aan het einde van de dag, maar niet voldaan
Je werkt hard. Je doet wat er moet gebeuren. En toch voel je je na een werkdag niet voldaan, maar leeg. Niet het soort moeheid dat bij inspanning hoort, maar een vlak gevoel. Alsof je energie lekt zonder precies te weten waar.
Dat gevoel wijst vaak niet op werkdruk, maar op betekenisdruk. Het gevoel dat wat je doet niet meer klopt met wie je bent.
2. Je bent druk, maar voelt geen richting
Je agenda staat vol. Je inbox stroomt over. Je werkt op de automatische piloot en daar ben je ook nog eens goed in. Maar ergens ben je de draad kwijt. Waarom doe je dit ook alweer?
Zingeving verdwijnt vaak stilletjes. Tot je merkt dat je je werk nog wel kunt doen, maar niet meer echt wil doen.
3. Je denkt steeds vaker: wat als ik iets heel anders ga doen?
Misschien zie je jezelf iets creatiefs doen. Iets in de natuur. Iets met mensen. Je fantaseert er niet constant over, maar het komt wel steeds terug. Als een stil verlangen.
Dat soort gedachten zijn geen dromerij of vluchtgedrag. Ze zijn richtingaanwijzers. Je onderbewuste voelt vaak eerder dan jijzelf waar je in essentie naar verlangt.
4. Je draait mee, maar je bloeit niet
Je functioneert prima. Je haalt je deadlines, je team is tevreden en toch ontbreekt er iets. Je bent niet echt aan. Je vlamt niet, je bloeit niet, je verrast jezelf niet meer.
Sommige mensen noemen dit ‘comfort’. Ik noem het stilstand.
5. Je ergert je sneller aan dingen die je eerst niets deden
Een collega. Een onduidelijke afspraak. De manier waarop vergaderingen eindeloos doorgaan. Je merkt dat je sneller gefrustreerd bent.
Vaak wijst irritatie niet naar de ander, maar naar jezelf. Naar iets in jou dat onuitgesproken blijft of niet meer past bij wat je aan het doen bent.
6. Je verlangt naar tijd; niet om bij te komen, maar om stil te staan
Je denkt dat je vakantie nodig hebt. Even afstand. Maar als je eerlijk bent, verlang je niet alleen naar de rust, maar naar ruimte om te voelen waar je staat.
Tijd nemen om stil te staan is geen luxe. Het is noodzakelijk als je merkt dat je bezig bent omwille van de bezigheid, zonder dat het je nog voedt.
7. Je hoort jezelf denken ‘is dit het nou’
Niet schreeuwerig of dramatisch, fluisterend. Een gedachte die soms opkomt op maandagochtend of op een middag in de auto terug naar huis. Een gedachte die zegt ‘ik wil meer dan dit’.
Als je dit tegen jezelf zegt is er vaak al iets in beweging gezet. Alleen de actie ontbreekt nog.
Twijfel is je kantelpunt
Twijfel is niet je vijand. Het is informatie.
De vraag is blijf je erin hangen? Of gebruik je het als beginpunt van iets nieuws? Denk daar eens rustig over na. Misschien is dit precies het moment waarop iets mag kantelen.
Beeld: detail uit het kunstwerk ‘La Pluie’ van Nazar Bilyk dat staat in Jardins d’Etretat. Dit sculptuur weerspiegelt het innerlijke dialoog van een man met zichzelf.
0 reacties